Het setshot:
1. Voeten op schouderbreedte (shotvoet ± 5 cm voor andere voet) 2. 1 hand achter de bal, 1 hand naast de bal 3. 2 duimen vormen een T op de bal 4. Bal op de vingertoppen 5. Bal voor schouder shothand 6. Kijk over de bal richting het doel 7. Knieën buigen 8. Mikken op de achterkant van de ring (of het vierkantje op het bord) 9. Shotelleboog strekken 10. Heel het lichaam strekken tijdens het shot (van enkels tot pols) 11. Polsslag 12. De bal achterwaarts laten roteren 13. De bal nawijzen |
|